Voorbeeld voor gelovige vrouwen: Asiya (r.a.) – Islam-uitleg.nl (2025)

De Koran verwijst naar haar als “Farao’s vrouw” en noemt haar naam niet.[1] De Boodschapper van Allah (s.a.w.) daarentegen noemt haar naam als “Farao’s vrouw Âsiya.”[2] De overleveringen bevatten informatie zoals dat zij van de stam van Amâlika was, dat zij de dochter was van de oom van Farao, dat zij tot de stam van de Profeet Mozes behoorde en dat zij zijn tante was.[3]

Een glorieuze pad

Inhoudsopgave

Farao had bevolen de pasgeboren mannelijke kinderen van de Kinderen van Israël te doden uit vrees voor zijn bewind. Mozes (as) werd in dat jaar geboren. Allah (swt) zei tegen de moeder van Mûsâ: “Geef hem borstvoeding, en wanneer je bang bent dat hem iets overkomt, laat hem dan in de rivier gaan. Wees niet bang of bezorgd. Wij zullen hem tot u terugbrengen en hem tot een der profeten maken.”[4] Dat deed hij dus. De kist dreef op het water en bereikte Farao’s paleis. De bedienden van Farao’s vrouw Âsiya vonden de kist en brachten hem en plaatsten hem voor Âsiya. Zij dachten dat de kist juwelen bevatte. Toen Âsiya de kist opende en het kind erin zag, voelde zij in haar hart mededogen en genegenheid voor hem en haar hart stroomde naar hem toe. Want Allâhu ta’âlâ had gezegd: “…(O Mûsâ!) Ik heb een liefde van Mijzelf op jou achtergelaten, zodat je onder Mijn zorg bemind en opgevoed wordt.”[5] Toen zij hem van de situatie op de hoogte bracht, wilde Farao de baby doden. Âsiya worstelde om hem van deze beslissing af te brengen. “Laat hem voor u en mij een licht in het oog zijn! Dood hem niet, misschien is hij nuttig voor ons of adopteren we hem als zoon.”[6] Farao zei: “Ja voor jou, maar niet voor mij.” Dat was inderdaad zo. Als hij dat niet gezegd had, zou hij misschien gezegend zijn met de zegen van îmân.[7] Farao hield vol: “Ik ben bang dat hij een van de zonen van Israël is en dat onze ondergang door zijn hand zal worden veroorzaakt!”. Âsiya daarentegen liet hem niet gaan voordat hij hem overtuigd had.

Visie

Daarom wordt er gezegd: “De hoogste van de vrouwen in termen van helderziendheid zijn er twee. Beiden waren correct in hun identificatie van Profeet Mozes: Een van hen is Âsiya, de vrouw van Farao. Hij zei: “Moge dit kind een licht van licht zijn voor mij en voor jullie!” De andere is de dochter van Profeet Shu’ayb. Zij zei: “Mijn vader! Neem hem in dienst met loon. Want de beste persoon om in dienst te nemen is de sterke en betrouwbare.”

Mozes (as) had de leeftijd van het lopen bereikt. Toen Farao hem op een dag in zijn armen nam, trok hij aan zijn baard en plukte deze. Farao was boos en zei: “Roep de beulen! Dit is hem!” maar Âsiya zei:

“Hij is nog een kind, zijn verstand is nog niet volgroeid, hij heeft dit alleen gedaan vanaf zijn kindertijd. Als hij de robijn neemt, is hij tot bezinning gekomen, maar als hij de sintel neemt, is hij nog een kind.” Toen Mûsâ (as) op het punt stond de robijn te pakken, draaide Allah (swt) zijn hand naar de sintel van vuur. Toen Mûsâ de sintel naar zijn mond bracht, werd zijn tong verbrand.[8] Er wordt gezegd dat dit de reden is voor de knobbel in zijn tong. Zo bleef Âsiya de Profeet Mozes beschermen.

Denkend dat terugkeren naar ongeloof erger is dan in het vuur geworpen worden

Mozes (a.s) was volwassen geworden en begon te roepen. Toen de tovenaars naar buiten gingen om met de Profeet Mozes te wedijveren, begon Âsiya te bidden, en zij bad lange tijd. Zij die haar in het paleis zagen, dachten dat zij bad voor de Farao en zijn volgelingen. Zij smeekte echter om de overwinning van Profeet Mozes.[9] Toen zij hoorde dat Profeet Mozes zegevierde, aanvaardde zij de ware godsdienst en zei: “Ik geloof in de Heer van Mozes en Harun.”[10]

Er waren in het geheim enkele gelovigen in het paleis. Tante Mâşıta, die belast was met het kammen van het hoofd van Farao’s dochter, was een van hen. Op een dag viel de kam uit haar hand en ze raapte hem op terwijl ze “Bismillah: In de naam van Allah” zei. Farao’s dochter:

“- Bedoel je met de naam van mijn vader?” vroeg ze. O:

“-Nee! In de naam van Allah, mijn Heer en de Heer van je vader!” Toen het meisje haar vader over de situatie inlichtte, beval Farao een koperen tandoor te maken en te verhitten en deze dame en haar kinderen in de tandoor te gooien. Hij gooide de baby’s één voor één in de tandoor voor de ogen van hun moeders. Het was de beurt aan het jongste kind dat nog in de melk zat. Het hart van de vrouw kon het niet meer verdragen. Net toen ze aarzelde, kwam haar baby op wonderbaarlijke wijze naar buiten en zei:

“Mama, heb geduld, want je hebt gelijk!” De moeder werd met haar kinderen in de tandoor geworpen!”[11]

Volgens een van de vertellingen geloofde Âsiya, die zag dat de ziel van deze vrouw door de engelen naar de hemel werd gebracht en dat haar eer en genade werd verleend, in Allah en bevestigde het profeetschap van Profeet Mozes.[12]

Een naaste van Allah zijn

Hz. Âsiya was nu een van de ware gelovigen geworden,[13] die Allah in het geheim aanbaden. Hij kon de vervolging van de gelovigen door Farao niet verdragen en zei:

“-Wee u, o Farao! Hoe durft gij tegen Allah, de Almachtige, op te treden?” zei hij. farao zei:

“-Ben jij naar alle waarschijnlijkheid behept met waanzin zoals jouw vriend?”:

“-Ik was niet behept met waanzin, maar ik geloofde in Allah, de Heer der Werelden!” De Farao ontbood de moeder van Âsiye en zei:

“-De waanzin die de kammenmaakster trof, heeft ook uw dochter getroffen!” en toen zei hij:

“-Ik zweer bij Allah dat zij ofwel de god van Mûsâ zal verloochenen ofwel de dood zal smaken!”

Toen haar moeder alleen bleef met haar dochter en haar vroeg te doen wat de Farao zei, Hz:

“-Je wilt dat ik Allah verloochen? Nee! Bij Allah, dat zal ik nooit doen!”

Daarop liet Farao vier staken in de grond slaan, liet Âsiye’s handen en voeten aan deze staken vastbinden en begon hem onder de zon te martelen. Als zij zich afwendden, schaduwden de engelen Âsiye met hun vleugels. Op een dag, net toen er een grote steen op hem geworpen zou worden, zei hij: “Mijn Heer! Maak voor mij een huis in het Paradijs, bescherm mij tegen Farao en zijn (slechte) daden, en red mij van de gemeenschap van boosdoeners!”[14] Ze bad, en Allah (swt) nam haar ziel voordat de rots op haar viel. Tegelijkertijd toonde Hij haar zijn huis in het Paradijs. In dit gebed wilde Âsiya eerder een buurman dan een huis,[15] en ze verlangde naar de aanwezigheid van Allah.

Voorbeeld voor gelovige vrouwen

Allah Ta’ala heeft de vrouwen van profeet Noach en profeet Lot als voorbeelden gesteld voor de ongelovigen, en de vrouwen van Farao en profeet Maryam als voorbeelden voor de gelovigen.[16] Hij heeft hen genoemd als voorbeelden van geloof en vastberadenheid voor de huidige gelovigen. Want Hz. Âsiye had haar Heer zodanig gehoorzaamd dat het feit dat zij de vrouw van Farao was, de meest opstandige persoon ter wereld tegen Allah en de meest verre persoon van Hem, haar geloof niet schaadde.

Hz. Âsiyeh is een wali onder de vrienden van Allah en een heilige onder de oprechten. Zij verkoos gedood te worden om te regeren, om kwelling te ondergaan in de wereld boven de zegeningen waarin zij verkeerde.

Top in alle opzichten

De Boodschapper van Allah (saw) zei: “Onder de mannen zijn er velen die perfectie hebben bereikt en onder de vrouwen heeft niemand perfectie bereikt behalve de vrouw van Farao Âsiya en Maryam bint Imran. De superioriteit van ‘A’ishah over andere vrouwen is als de superioriteit van tirid over ander voedsel.”[17] Wat hier bedoeld wordt met perfectie is het bereiken van de top in alle deugden, in taqwa.

Ibn ‘Abbas (r.a) zei: Op een dag tekende de Boodschapper van Allah (s.a.w.) vier lijnen op de grond en zei;

“Weten jullie wat dit is?” zei hij. De Ashâb-i kirâm zei:

“Allah en Zijn Boodschapper weten het beter”. Rasûlullah (s.a.w) zei: “De meest superieure van de vrouwen van de mensen van het Paradijs: Khadija bint al-Huwaylid, Fatima bint al-Muhammad, Maryam bint al-Imran, de vrouw van Farao, Âsiya bint al-Musâhim.”[18]

[1]el-Kasas 28/9; et-Tahrîm 66/11.

[2]Buhârî, Enbiyâ, 32, 46.

[3]Kurtubî,el-Câmiʻ,XVIII, 203; Aynî,Umdetü’l-kârî,Kahire 1392/1972, XIII, 47.

[4]Bkz. el-Kasas 28/4, 7.

[5]Tâ-hâ 20/39.

[6]el-Kasas 28/9.

[7]Taberî,Tefsîr, XIX, 524-525.

[8]Taberî,Tarih,I, 199-205; Saʻlebî,Arâis,s. 166-174; İbnü’l-Esîr,el-Kâmil, I, 169-176.

[9]Heysemî,Mecmau’z-zevâid,VII, 62.

[10]Taberî,Tefsîr, XXVIII, 110; Aynî, XIII, 47.

[11]Ahmed b. Hanbel,Müsned,I, 309-310, Saʻlebî,Arâiss. 187-188; İbnü’l-Esîr,el-Kâmil, I, 184; Heysemî,Mecmau’z-zevâid,I, 65.

[12]İbnü’l-Esîr,el-Kâmil, I, 184.

[13]Saʻlebî,Arâiss. 188; İbnü’l-Esîr,el-Kâmil, I, 184.

[14]et-Tahrîm 66/11.

[15]Taberî,Tefsîr, XXIII, 500; İbn Kesîr,Tefsîr, VIII, 172-173; Aynî, XIII, 47.

[16]et-Tahrîm 66/10-11.

[17]Buhârî, Enbiyâ, 32, 46; Müslim, Fedâilü’s-Sahâbe, 70.

[18]Ahmed b. Hanbel,Müsned,I, 316; Hâkim,Müstedrek,II, 594; İbn Abdilber,İstîâb,IV, 1895.

Lees ook:Profeet Musa & Harun – Geboorte en jeugd

Vond je dit artikel interessant?

Laat ons weten wat je van onze artikelen vindt. Feedback is zeer belangrijk voor ons zodat we ons kunnen blijven verbeteren. Moge Allah jou belonen voor jouw moeite!

Voorbeeld voor gelovige vrouwen: Asiya (r.a.) – Islam-uitleg.nl (2025)

References

Top Articles
Latest Posts
Recommended Articles
Article information

Author: Rev. Leonie Wyman

Last Updated:

Views: 6180

Rating: 4.9 / 5 (59 voted)

Reviews: 82% of readers found this page helpful

Author information

Name: Rev. Leonie Wyman

Birthday: 1993-07-01

Address: Suite 763 6272 Lang Bypass, New Xochitlport, VT 72704-3308

Phone: +22014484519944

Job: Banking Officer

Hobby: Sailing, Gaming, Basketball, Calligraphy, Mycology, Astronomy, Juggling

Introduction: My name is Rev. Leonie Wyman, I am a colorful, tasty, splendid, fair, witty, gorgeous, splendid person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.